Lief zijn hé!
Ik hoor het gebeuren en kijk om.
Moeder die het zegt en een kind dat naar de vloer staart.
En weg is ze.
De dag is begonnen en haar kind staat er alleen voor met de opdracht om lief te zijn. Klinkt toch een beetje alsof er verwacht wordt dat er eigenlijk iets anders gaat gebeuren, waarom zou je het anders zeggen?
Ik hoop eigenlijk dat er ook andere dingen gaan gebeuren. Ik weet niet hoe jij begonnen bent als ouder, maar ik had nogal wat dromen. Dat we lekker samen zouden lachen en spelen. Dat mijn kind voor zichzelf op zou kunnen komen en een beetje ambitie zou hebben. Maakt niet zo uit in welke richting, maar gewoon dat vuurtje van binnen. Ogen die twinkelen, dromen en wensen. Zo kan ik nog wel even doorgaan, vriendjes om zich heen, durven zijn wie hij/zij is. Enz.
Nu even terug naar een kind die deze boodschap krijgt. Ik denk dat het kind best weet waarover dit gaat en de teleurstelling over wat nog niet lukt best voelt. Je zou maar een dromer zijn en elke keer weer teruggeroepen worden bij de taak die je moet doen of juist graag willen vertellen over wat jij allemaal denkt en elke keer horen dat je niet voor je beurt mag praten of elke dag ruzie hebben met kinderen met wie je zo graag wil spelen. Ook gevoelens spelen hier een rol. Een kind wat snel en vaak boos wordt, vaak moet huilen, bang is of onrustig, zal misschien ook wel gedrag laten zien wat niet lief is.
Als je als kind behoeftes hebt die niet passen bij de situatie waarin je bent, dan zeggen we al snel dat een kind storend gedrag vertoond, maar wat een kind eigenlijk doet is laten zien dat er een behoefte is. Een kind zal niet naar je toe komen om een gesprek te beginnen en alles voor je uit te leggen. Het zijn gevoelens en gedrag die je laten zien dat er iets is.
Als we kijken naar de voorbeelden van even terug zou een kind dat elke keer zit weg te dromen zich kunnen vervelen, maar ook ergens mee kunnen zitten en dit niet durven of willen zeggen. Het kind wat elke keer voor de beurt praat, is misschien wel heel enthousiast, wil graag gehoord worden of heeft het nodig om hardop mee te doen om de aandacht erbij te houden. De ruziemaker is misschien onzeker of bang om er niet bij te horen. Je weet het niet, het kan van alles zijn. Maar ik durf wel te zeggen dat er achter gedrag/gevoel altijd een behoefte zit.
Het is aan ons als opvoeders om ervoor te zorgen dat we ontdekken wat onze kinderen nodig hebben. Dat wil niet zeggen dat je alles meteen kunt krijgen, maar de erkenning van wat er is, zal al veel rust geven. Een kind voelt zich dan gehoord en begrepen.
Daarnaast kunnen we kijken naar hoe wij omgaan met onze kinderen en wat we zeggen. Willen we echt dat ons kind lief is en gaat onderdrukken wat wij niet graag zien? En wat vinden wij dan lief genoeg? Ik kijk liever of ik als opvoeder de behoeftes van een kind kan vervullen op een manier die voor de mensen om een kind heen minder wrijving oplevert.
Tegen een kind zeggen dat het lief moet zijn, daar heb ik niet zoveel mee. Je bent in mijn ogen altijd goed genoeg en dus lief. Daar stel ik geen voorwaarden aan in je gedrag. Ik vertrouw erop dat ze meenemen wat ze thuis leren en de mensen die voor ze zorgen die dag ze wel bijsturen als dat nodig is.
Ik vind je lief, fijne dag en tot vanmiddag!
Warme groet,
Dieneke